Wat is eigenlijk een naaste? Als ik het zelfstandig naamwoord ‘naaste’ google kom ik verschillende definities tegen, waaronder: een sociale term waarmee meestal een persoon wordt aangeduid die dichtbij iemand staat, iemand die ons na staat, medemens. Revalidanten hebben vaak een of meerdere naasten. Dit zijn inderdaad vaak personen die dicht bij de revalidant staan en personen die de revalidant na staan.
Het zijn van een naaste is niet alleen een passieve benaming van iets wat je nu eenmaal bent. Vaak vervult de naaste alleen al door het zijn van een naaste een belangrijke rol. Voor revalidanten zijn ze vaak erg belangrijk in de ondersteuning, zowel praktisch (bijvoorbeeld helpen met alledaagse taken) als emotioneel (bijvoorbeeld bieden van steun). ‘Naaste’ alleen als zelfstandig naamwoord beschouwen, doet daarmee eigenlijk tekort aan wat de naaste doet en betekent voor de revalidant.
Een schilder schildert, een docent doceert en een verkoper verkoopt. Zou je dan ook kunnen stellen dat een naaste naast? Een nieuwe zoekopdracht in Google leert mij dat het werkwoord ‘naasten’ al bestaat. Definities die ik vind zijn: in beslag nemen, zich toe-eigenen, veelal zonder compensatie in staatshanden overnemen.
Geen van de definities geeft een goede omschrijving van de rol die naasten vaak vervullen. Hoewel het wat negatief klinkt, onderdelen van de definities zijn eigenlijk best treffend als we kijken naar wat er met naasten gebeurt wanneer zij geconfronteerd worden met (blijvend) letsel bij een geliefd persoon en de gevolgen daarvan op hun leven. De situatie neemt hen behoorlijk in beslag en naasten bieden vaak ondersteuning zonder daarvoor enige vorm van compensatie te verwachten. We kunnen eigenlijk wel een beetje stellen dat naasten ‘genaast’ worden op het moment dat ze in de situatie komen waarin er (impliciet) veel van hen wordt verwacht.
Het lijkt zo vanzelfsprekend dat de naaste een revalidant ondersteunt als dat nodig is en vaak is het dat ook voor de naaste. Echter betekent dit niet dat het altijd gemakkelijk is.
Ik deed afgelopen jaren onderzoek naar hoe het met naasten van mensen met een dwarslaesie en hersenletsel gaat. Het blijkt dat de rol die naasten vervullen vaak veel van hen vergt. Het is lastig om geconfronteerd te worden met het feit dat een geliefd persoon niet meer is zoals hij/zij altijd was. Daarnaast kan het ook fysiek en mentaal lastig zijn. Negatieve gevolgen zoals stemmingsproblemen en een hoge mate van ervaren belasting komen regelmatig voor. Deze negatieve gevolgen zijn in de zorg eenvoudig uit te vragen met vragenlijsten.
Zou het daarom niet logisch zijn als wij allemaal (niet alleen zorgprofessionals) wat meer aandacht hebben voor het welzijn van naasten, zeker gezien de belangrijke (vaak nootzakelijke) rol die naasten vervullen en de impact die dat kan hebben op hun welzijn? Met andere woorden: moeten wij ons het welzijn van de naasten niet een beetje meer toe-eigenen, oftewel ‘naasten’? Wat mij betreft een mooi streven voor iedereen: naast het welzijn van je naasten!
29 maart 2021
Eline Scholten
postdoc onderzoeker bij het Kenniscentrum Revalidatiegeneeskunde Utrecht